vrijdag 23 december 2011

Brief aan de oostenwind.

Beste oostenwind,
Niemand weet waar de wind vandaan komt. En waar hij heengaat. We weten alleen dat je geluid maakt. En door de beweging van de bomen weten we dat je er bent. Waarom zeggen we dat we niet weten waar je vandaan komt? Ik zou toch zeggen uit het oosten? En toch meen ik te begrijpen dat we zelfs van jou, oostenwind, niet weten waar je vandaan komt. En ook niet waar je uiteindelijk naartoe gaat.  Omdat we simpelweg niet weten waar je woont.Waar je iedere keer opnieuw vandaan waait. (Ik weet alleen niet hoe je er weer terugkomt).

Ik wilde maar één ding zeggen vandaag. Heel zachtjes in je oor fluisteren. Luister je, oostenwind?
Wat ik wilde weten is of je nog komt. Kom hier. Misschien kunnen we wat vieren. Misschien kunnen we huilen. Misschien kun je sneeuw opwerpen tegen deuren en muren.  Dan moet die wel eerst vallen, oostenwind. Maar jij bent doorgaans degene die zorgt voor sneeuw. Voor de mooie sneeuw. Ik weet dat je ijzig bent. Ondoordringbaar. En dat mensen aan niets anders denken dan kleumen wanneer ze je voelen.Desalniettemin verlang ik naar je. Kom dan. Alsjeblieft? (En neem Vorst mee. En IJs. En Sneeuw). En waai maar. Als je maar komt.
Verjaag die Westenwind. Neem de Noordenwind mee. Laat de Zuidenwind bevriezen. Maar kom.

Je nederige boskrekel.
(Waarschuw me wel even voordat je komt. Dan zorg ik dat ik veilig in het mierenhol ben).

-
Voor een brief aan de wind in het algemeen: klik hier.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten